De London Fancy

Het was in de rust van de laatste thuiswedstrijd van Helmond Sport in het jaar 2022. Het was niet zo koud als voorspeld, maar toch koud. Van ons vaste clubje van zes was slechts de helft present. Van kwaliteitsvoetbal of derbysfeer was in de eerste helft geen sprake. Het was écht stil aan de overkant omdat het de Bossche supporters verboden was deze wedstrijd bij te wonen. Kortom, aanleiding genoeg om een beetje sikkeneurig te zijn. Waarbij ik nog bijna vergeet te vermelden dat één van de drie afwezigen in de rust altijd snoepjes uitdeelt waar je lekker lang op kunt sabbelen. En die beloofde worstenbroodjes waren in het verwarmde vak naast ons wél uitgedeeld, maar Vak B had niets gekregen.

Voor de traditiegetrouw meest sikkeneurige onder ons, Ad, kwam vervolgens de druppel die de emmer deed overlopen. Toen er een Nederlandstalig meezingnummer uit de luidsprekers knalde, vroeg hij zich hardop af ‘welke dombo voor die k*tmuziek had gekozen’. “Hoe kan ’t dat iemand zóiets mooi vindt?” Het leidde tot een goed gesprek over hoe het vroeger was toen de fanfare stijlvol in het pak gestoken in de rust een rondje toeterde en blies. En dat de supporters van de Vakken O en P niet voor niks de kantine opzochten in de rust. En dat dat liedje van de Vender mooi is, maar dat het liedje van ‘Zie ze kappen, zie ze draaien… ‘ ook niet te versmaden is. En dat in de rust sowieso standaard minstens één nummer van Voltage afgespeeld zou moeten worden.

Ad is een bijzonder mens. Hij speelt subtiel gitaar, maar houdt van muziek waar geluiden van landende helikopters, snerpende slijpschijven en kattengejank in voorkomen. Ruwe bolster, blanke pit. Want toen zijn zwager Piet erin slaagde de in de kanariewereld befaamde maar uitgestorven London Fancy terug te fokken, wijdde Ad daar een heel boek aan. Sindsdien springen de tranen hem in de ogen als hij het erg speciale gezang van deze unieke kanariepiet hoort.

Jan Driessen