Jong talent in de spots: Mauro Gilsing

De 13-jarige Mauro Gilsing beschikt niet alleen over het nodige voetbaltalent, maar heeft ook een vlotte babbel. De aanvallende middenvelder van Helmond Sport O14 werd in het Elkerliek geboren, maar is getogen in Lieshout.

Daar trapte hij zijn eerste balletje bij de Mini’s van ELI. Zijn vaardigheid viel op bij de KNVB, waarna hij werd gescout door Willem II en Helmond Sport. Hij koos uiteindelijk voor een jeugdopleiding op De Braak.

Niet veel jeugdspelers kunnen kiezen uit twee profclubs. Waarom Helmond Sport?
De combinatie voetbal en school (Knippenbergcollege) was in Helmond beter geregeld. Daarnaast zag ik erg op tegen het reizen. Helmond is dichterbij. Nu stap ik elke morgen om 06.45 uur in Lieshout op de fiets.

Je maakt dus lange dagen. Is dat niet vermoeiend?
Dat is het zeker, maar het is ook leuk. Als we ’s morgens om 08.00 uur trainen met O14 dan heb ik al een goede warming-up gehad van 40 minuten. Na een lange schooldag en de fietstocht terug ben ik rond 18.00 uur weer thuis.

Hoe belangrijk is school voor je?
Voetbal komt voor mij op de eerste plaats. Daar ben ik de hele week mee bezig. Maar iedereen zegt, dat school ook belangrijk is. En dat is het natuurlijk ook. Want niet iedereen kan profvoetballer worden. Als dat niet lukt, dan wil ik fysiotherapeut worden.

Was het een grote stap van ELI naar Helmond Sport?
Bij een amateurclub kun je gemakkelijk de bal 4 à 5 keer aanraken en rustig dribbelen. Bij Helmond Sport moet alles in het hoogste tempo, je moet sneller schakelen, aannemen en spelen. Dat was vooral in het eerste jaar wennen.

Van wie heb je de belangrijkste voetballes gehad?
Van mijn vader, die lange tijd mijn jeugdtrainer was. Hij speelde zelf vanaf zijn 8e tot zijn 17e in de jeugdopleiding van PSV. Mijn vader is dan ook mijn grote voorbeeld.

Wat zijn je specialiteiten als voetballer?
Vooral mijn passing is goed, ik kan snel en slim wegspelen en ik heb ook een goede timing.

Hoe ziet je debuut als profvoetballer eruit?
Ik ben al tevreden als ik goed kan meevoetballen. Ik hoef niet per se te scoren of uit te blinken.

Heb je een vast ritueel voor de wedstrijd?
Voor de wedstrijd drink ik altijd een smoothie. Dat is geen bijgeloof. Ik geloof vooral in mezelf.

Martie Jeuken